FIETSCOMPUTER 320

Er zijn 4 functies:

Het uur, de huidige snelheid, de afgelegde afstand, de totale afstand.

Om het scherm van de fietscomputer te bevestigen (op het stuur of de stuurpen): maximum 35 mm

Om de sensor te bevestigen (op de vork): maximum 50 mm

Je kunt de sensor over de hele lengte van de vork monteren, ongeacht de afstand van het midden van het wiel; de gegevens zullen correct worden doorgegeven.

Je moet goed letten om de maximumafstand tussen de magneet en de sensor en de afstand tussen de sensor en de fietscomputer. Anders loop je het risico dat de draaiing van het wiel niet goed wordt gemeten: 

De fietscomputer is compatibel met alle wielmaten.

Je kunt immer handmatig de omtrek van je wiel invoeren, waardoor de fietscomputer voor elk wiel werkt.

Je fietscomputer schakelt automatisch uit na 15 minuten zonder activiteit. Je kunt dus een pauze inlassen tijdens je rit zonder dat je gegevens verliest.

Je kunt de omtrek van je wiel handmatig instellen als die niet beschikbaar is in de lijst.

1- Lees de wielmaat af op de flank van de band en zoek de overeenkomstige omtrek in de onderstaande tabel.

Als de maat van je wiel hier niet is aangegeven, meet dan de wielomtrek door de afstand te meten die je fiets aflegt nadat het wiel een keer helemaal rond is gegaan. Neem het opblaasventiel als referentiepunt.

2- Ga naar de instellingen van de fietscomputer:

- Druk 2 seconden op de bovenste knop tot het SET-scherm verdwijnt.

- Druk 3 keer op OK tot je terecht komt op het scherm om de wielomtrek in te stellen.

- Doorloop de vooraf ingevoerde geregistreerde waarden tot je een optie 'OTHER' ziet. Selecteer deze met de bovenste knop.

- Geef de omtrek in die je hebt gemeten. Druk op OK om de getallen na de komma in te geven en vervolgens om uit het menu te gaan.                       

Het is mogelijk dat de verkeerde wielomtrek is ingesteld.

1- Ga naar de instellingen van de fietscomputer

- Druk 2 seconden op de bovenste knop tot het SET-scherm verdwijnt

- Druk 3 keer op OK tot je terecht komt op het scherm om de wielomtrek in te stellen.

2- Controleer dat de ingestelde omtrek overeenkomt met de omtrek van je voorwiel

- Lees de wielmaat af op de flank van de band

- Controleer of de omtrek ingesteld op de fietscomputer hiermee overeenstemt.

3- Als de ingestelde omtrek niet correct is

- Gebruik de knoppen + en - om de vooraf ingevoerde waarden in de fietscomputer te doorlopen en bevestig met de knop OK wanneer je de juiste omtrek hebt gevonden.

Als de omtrek van jouw wiel niet in de vooraf ingevoerde waarden staat:

- Lees de wielmaat af op de flank van de band en zoek de overeenkomstige omtrek in de onderstaande tabel.

- Als de maat van je wiel hier niet is aangegeven, meet dan de wielomtrek met de volgende methode:

- Meer de afstand die je fiets aflegt nadat het wiel een keer helemaal rond is gegaan. Neem het opblaasventiel als referentiepunt.

Doorloop de vooraf ingevoerde geregistreerde waarden tot je een optie 'OTHER' ziet. Selecteer deze optie.

- Geef de omtrek in die je hebt gemeten. Druk op OK om de getallen na de komma in te geven en vervolgens om uit het menu te gaan.                       

1- Controleer of de magneet / sensor / computer correct zijn geplaatst, zoals in de afbeelding hieronder.

2- Controleer de batterijen

- Als het icoontje "batterij bijna leeg" zichtbaar is op het scherm van de fietscomputer, vervang dan de batterij (CR2023).

- Als het probleem blijft aanhouden, verander de batterij van de sensor.     

Het is mogelijk dat je batterij leeg is of verkeerd geplaatst is.

- Controleer of de batterij in de juiste richting geplaatst is en er geen plastic folie meer op zit, wat de stroom onderbreekt.

- Is de batterij correct geplaatst en wordt nog steeds niets weergegeven op het scherm, vervang dan de batterij.

- Als dit je probleem niet oplost, ga dan terug naar de winkel, je product wordt ingeruild als de garantie nog geldig is (2 jaar vanaf de aankoopdatum).